Enkeltje behang
Zit je dan, met je ( bijna ) 6 maanden oude baby. Bijna met je handen in het haar. Al bijna met je behangplak en kloppertje klaar. En je krijgt als een donderslag een keiharde reality check.... dit ben ik, ho stop wacht. Ik ga hier de koppigheid van mezelf te lijf. Ik zie in haar precies hetzelfde als wat ik van mezelf zou kunnen verwachten. Doorgewinterde eigenwijsheid, poot stijf houden en vooral niet toegeven. Moe zijn, maar vooral hard huilen om wakker te blijven. Huilen in de box om te lachen wanneer ik aan kom lopen. Water van mama willen drinken als zij dat ook doet en vervolgens huilen omdat dat helemaal niet lekker is. En in deze kwestie, is het eten;
“Hier komt het hapje, hap hap yummie” nee hoor. Die lippen blijven stijf op elkaar. En als mijn kleine meid dan ook nog is gaat huilen, dan denk ik jemig eigenwijs. En ik weet heus wel wat ze wil, zij wil gewoon de fles. Eenvoud en makkelijk, gewoon die fles erin en zeker niet de moeite nemen om de smaken van dat hapje te proeven. Maar mama houd in deze ook vol, nee jij gaat eerst hapje eten en daarna krijg je de fles. Dit is een kwestie van wie houd het het langst vol, en gezien zij ontzettend op mij lijkt ( geloof me dat word steeds duidelijker ) ben ik bang dat dat lang gaat duren. En na een half uur, wanneer het hapje overal zit behalve in de mond van mijn kind, en ik diverse meppen van mijn kind rijker ben. Niet te vergeten de meerdere uitbarstingen van mevrouw: krijg mijn zin niet, geef ik toe... ben ik het zat en hup die fles erin. En oh wat kijkt ze tevreden. En al hoor ik mensen denken het is nog maar een baby, ben ik er heilig van overtuigd dat baby’s zoveel slimmer zijn dan dat wij denken te weten. Nu ligt ze heerlijk te slapen en denk ik, je bent zo lief. En wat lijk je op mij, met daarbij de meelij voor de mensen die dagelijks met mij te maken hebben. En ik van mijn man geregeld hoor “wat ben je toch koppig”. Maar al denk ik dat, ik zal het nooit hardop toegeven.
Eenvoudige papa's
Hoe wij moeders s’avonds in bed liggen, en liggen te malen... het ging best aardig vandaag, gemiddeld gehuild. Ze zou wel lekker liggen toch, het naadje van de romper zou toch wel goed zitten. Had ik haar oortjes nou goed gewassen, en haar nekje ingesmeerd. Wat nou als ze te weinig gegeten heeft, of ze toch meer groente had moeten eten. Wat als ze niet kan kiezen wat ze later worden wil, of niet weet welke school. En ja, dit is vergezocht. Maar zo zijn moeders, alles willen we uit stippelen zodat alles perfect is voor onze kroost. En daar, als in het wild gespot. Languit op de bank voetbal kijkend, zit daar de papa. En als ik het een beetje inschat, kan ik wel raden wat hij denkt; zo paps, dat heb jij top gedaan vandaag, baby lacht, eet, poept en doet. Luier zit met de goede kant vooraan, gedachte op 0 en voetbal. Met een scheve blik kijk ik zijn kant op en denk ik jeetje, wat heerlijk als je zo je dag eindigt. De simpelheid, de onbezorgdheid. Dat is echt een mannending denk ik, moeders zijn daar heel anders in. Simpel voorbeeldje, als mijn dochter een keer teveel ( naar mijn idee ) hoest, hang ik nog net niet met 112 aan de telefoon. Daarentegen zegt mijn man heel kalm, rustig nou maar ze hoest gewoon en klopt met 1 oog kijkend naar de tv rustig op het ruggetje totdat het uiteraard na 2 keer kloppen weer over is. Bij papa is op de een of andere manier ook vaak alles leuker. Papa durft namelijk wel 5 minuten na het eten vliegtuigje te spelen, zo hard en snel mogelijk ook. Als wij vrouwen dat doen hebben wij grote kans dat we de brokken melk uit ons haar kunnen pulken. En papa durft ook veel harder te spelen, wij zijn bang dat we de kleintjes zeer zullen doen. Kwestie eten waar ik het al eerder over had, dat is bij papa ook vele malen makkelijker. Want papa valt met open ogen in de manipulatie ten top. Waar wij moeders gerust nee zeggen hoeft ons meisje alleen maar leuk te doen en het is goed bij papa. Vanavond ook, groente nee hoor. Die lippen bleven weer stijf dicht en alsof ze het nog duidelijker wou maken gingen die bolle wangen omhoog als de lepel aankwam en kreeg ik een blik toegeworpen waar zelfs Rico Verhoeven bang van zou worden. Nou dan niet, je zal wel geen honger hebben. Nog geen 10 minuten later waarna ik papa heel hard hoor lachen zie ik mijn spekkie vol trots een koekje naar binnen werken. Ja zegt papa dan, ik wou het koekje opruimen en ze greep er zo leuk naar, en kijk haar is smullen. Ja leuk maar wat moet ik daar nou weer mee. En terwijl ik nog tegen haar zeg; wel veel lekkerder dan groente zeker, zie ik die heerlijke bolle wangetjes omhoog gaan met een lekker koekmondje en is ze ook onweerstaanbaar. Snap best dat papa’s leuker zijn als ze daarbij alles voor elkaar krijgen. En ach, soms moet dat ook kunnen. En moet ik misschien wat onbezorgder worden, net als papa.
Snottebellekusjes
Wham!! Voor ik goed en wel uit kon wijken krijg ik een vuist midden in mijn oog. Mijn open oog wel te verstaan. Gevolg: een half uur traanoog én een oog dik alsof ik met een volwassen kerel heb staan knokken. En dat allemaal voor een flesje die niet snel genoeg kwam. Maar dat was voordat de ellende van afgelopen dagen begon. Zaterdag lekker wezen wandelen met het hele gezin, en al hoestte ons kleine meisje een beetje, ze was nog steeds vrolijk. We gingen lekker koffie drinken en dametje een fles. Lekker rustig gedronken en kleine meid hoest met als gevolg bijna haar hele maaginhoud over tafel, haarzelf en over de stoel. Wat kun je dan een medelijden hebben met zo’n kleintje. Afgelopen dagen is het zoiezo survivelen. Hoop mama’s zullen dat herkennen, zodra je kindje ziek is ga je in de overlevingsmodus. Zelf als je nachten niet slaapt smelt je weg bij de kleinste lachjes en geef je je volle liefde aan dat kleintje die je zo nodig heeft. Want niets is goed behalve bij mama of papa liggen. En buiten het “verplicht” kroelen ( wat ik stiekem heerlijk vind ) komen er heel wat obstakels kijken. Ik mag bijvoorbeeld helemaal niet aan het neusje van mijn meisje komen als ze verkouden is. Want ze zal maar weer zo’n vieze spray krijgen bah. Nee ik ben overgestapt naar neusdruppels.... want dat werkte beter en makkelijker. Niet dus. Zodra ze ook maar denkt dat er druppels in aantocht zijn, berg je dan maar. Ze slaat, schopt en desnoods bijt alsof haar leven er vanaf hangt. En met papa en mama die haar in bedwang houden krijg ik er uiteindelijk toch die druppels in. Die ze natuurlijk na 2 tellen alweer uit niest. Maar ach het idee was goed. En als je dat gehad heb, komt nog de Nurofen, die met een spuitje moet en met een beetje pech er daarna ook gelijk weer uitkomt met een berg slijm. En toch doe je alles voor het hummeltje. Heb ik net schone kleding aan, even lekker kroelen en hop, grote snottebel op mijn schouder. Mijn meisje vind het ook heerlijk om haar gezichtje af te vegen aan mijn trui, haar, of wat er dan ook dichtbij is. Heerlijke snottebellenkusjes van mijn lief, want hoeveel snot ook, en hoeveel gevechten er ook aan moeten gaan. Werkelijk alles doe ik voor mijn kleine meid.
Hoopjes Hoop
Toen ik met deze blog begon, was mijn idee om zeker elke week een blog te schrijven. Vol trots mijn website gemaakt, en zo trots op de volgers die ik kreeg en de likes. Maar soms gebeurt er iets in het leven, waardoor je dingen anders gaat zien. Zaken die eerst belangrijk waren, zijn dat eigenlijk helemaal niet. En dingen die zo onbelangrijk waren, zijn ineens zoveel waard. Ik ben niet het type vrouw dat op Facebook klaagt of neerzet wat voor “ellende” ik mee maak. Maar omdat ik op mijn blog toch niet vergeten wil worden, en ik het zonde vind om dat te laten versloffen, toch een soort van uitleg. Het is wel mijn doel geweest om met elke blog mijn lezers te laten lachen. Helemaal in mijn verhaal te duiken en herkenning lezen, en achteraf denken “wat herkenbaar en grappig”. Ik ben alleen momenteel niet zo geïnspireerd om grappige verhalen te schrijven. Er gebeurt nogal wat om mij heen waar mijn complete aandacht naartoe gaat. Een van de belangrijkste mensen in mijn leven is ziek, en niet gewoon een griepje. Maar de ziekte met de grote K. De ziekte waarvan iedereen hoopt dat het hen niet treft, waar je de kriebels van krijgt alleen al aan het woord te denken. En ik wist altijd wel dat liefdesverdriet pijn deed, maar dit is erger. Dit gaat dieper. Dit is een pijn dat je wakker houd, waar je zowel verdrietig als ontzettend angstig van word. Wat je niemand toewenst. En wat vind ik dat ontzettend egoïstisch klinken ook, dat het mij pijn doet. Ik kan me niet voorstellen hoe het voor haar moet voelen. Als ik al zo angstig ben, hoe bang zal zij dan wel niet zijn. Ik heb natuurlijk gevraagd of ze het niet erg vind dat ik erover schrijf, mijn lieve mama. Hoe volwassen ik dan ook in cijfers ben, hoe volwassen ik voor de buitenwereld dan moet zijn. In mijn hart voel ik me weer klein. Want mijn mama is ziek, en elke keer weer gaat er door me heen “waarom zij”. Iets wat elk gezin die in zo’n situatie zit zal denken over een familielid. Maar nooit stil gestaan dat het ook zo dichtbij voor zou kunnen komen. Alles gaat door, iets wat ik zo moeilijk kan verkroppen. Want hoe kan alles nou doorgaan zoals het is terwijl zij aan het vechten is, wij allemaal bang zijn om haar te verliezen. Ik kan niet voor een ander spreken, maar mijn hemel wat ben ik bang. Ik heb fouten gemaakt, we zijn elkaar een tijdje verloren en wat een spijt heb ik daar nu van. Ik kan het niet terug draaien maar heb het haar wel verteld. En ik wil niet elke dag aan de telefoon hangen als een kleuter die huilt alsof de wereld vergaat maar zo voelt het wel. En wat ben ik elke dag blij met het berichtje wat ik van haar krijg dat ze lekker gaat slapen en dat ze van me houd. En ik zal haar elke avond terugsturen hoeveel ik ook van haar hou. De strijd is ze begonnen vol goede moed, en ondanks alle tegenslagen die ze al gehad heeft probeert ze positief te blijven, wat erg goed is. En ik probeer het ook, elke dag als ik haar hoor of spreek mezelf gelukkig te prijzen dat dat kan. Zulke kleine dingen als een berichtje dat ze gaat slapen, wat me een half jaar geleden zou denken eh ja slaaplekker, betekent nu de wereld voor me. Zo egoïstisch om te zeggen dat ik zo moe ben, want het gaat niet om mij. Maar ook ik moet soms mijn verdriet kwijt. Gewoon even zeuren dat ik zo op ben van verdriet en angst, van het niet slapen maar elke avond denken, waarom mijn mama. De liefste die ik me kan wensen, die mij troostte als ik bang was met onweer, een kus gaf als ik gevallen was, dubbel liggen van het lachen maar ook samen huilen. De mama waarvan ik nog niet kan begrijpen dat het nu zo anders is, vroeger strikte ze mijn veters als we gingen schaatsen, nu strikt haar man de veters, en wat ben ik ontzettend trots op die man. Zo gruwelijk dankbaar dat hij zo goed voor mijn moeder zorgt, ze had geen betere man kunnen vinden, ze heeft de beste al. Maar de pijn die het me doet haar afhankelijk te zien. Maar het zo fijn vinden om haar uberhaupt te zien, bij haar te zijn. En nu is het nog “makkelijk” ik heb vakantie en kan gaan als ik wil. Maar over een paar dagen weer werken, het “gewone” leven. Mijn leven is niet gewoon, mijn gedachte zijn niet bij mijn werk. Mijn gedachte zijn bij mijn moeder. Hoe kan alles zo doorgaan terwijl dit gaande is en alles voor mijn gevoel stilstaat, ik weet het ik had het al gezegd maar het gaat er niet in bij me. Wil nog zoveel met haar doen, zien, meemaken, herinneringen delen. En nu denk ik Stop, mam is er nog, gelukkig is ze er nog. De strijd gaat ze aan en wij staan achter haar, in alles en met alles. Elke dag zal ik vertellen hoeveel ik van haar hou, dat ik aan haar denk. En elke dag hopen, duimen, moed houden en positief proberen te blijven.
Rauwen
Dat is lang geleden, meer dan een jaar dat ik geschreven heb. Waar mijn idee toen was om leuke grappige blogs te schrijven, is dat in mijn laatste blog niet gelukt. En dat gaat mij in deze blog ook niet lukken. De laatste keer dat ik schreef, vertelde ik dat mijn moeder ziek was. Vanaf de eerst chemo was ik bij haar. Niet elke behandeling, maar wel elke afspraak over de uitslag. En de keren dat ik haar verraste in het ziekenhuis. Elke keer spannend hoe het zou gaan. Mijn moeder ging vol goede moed het gevecht aan, voor haar alles zij ze dan. Waar ze mijn dochter mee bedoelde. Hoe vaak ik de brok heb moeten inslikken als ze dat zij, elke keer vol trots aan de oncoloog verpleegkundige vertelde dat ik haar dochter was. Hoe opgelucht we waren als de scan goed was. De tumoren slonken in eerste instantie en de bedoeling was dat ze tot stilstand zouden komen. Mijn moeder voelde zich erg goed, het hoesten was weg en ze had er zin in. We gingen naar een concert van Abba in april, had ze zo naar uitgekeken en wat was het gezellig. We lieten het idee van afscheid even los en keken vooruit, want dat konden we voorzichtig. De arts had mensen in behandeling die al 7 jaar stabiel waren, " daar ga ik voor " zij mijn moeder. De angst parkeerde ik even, mama zou toch nog mee kunnen straks als Anne naar school gaat, en wie weet hoeveel feestdagen we nog kunnen vieren en verjaardagen. We waren positief. Tot ongeveer oktober vorig jaar. We waren nog uit eten geweest, wat was het gezellig en wat was ze blij en trots dat we daar zaten. Alleen ze begon weer te hoesten, de arts in het ziekenhuis zag wel wat vocht maar niets schrikbarendst, dus antibiotica mee en hopen dat het vooruit gaat. Ik heb in die tijd al een keer gevraagd waarom ze geen scan van haar hoofd maakte, was niet nodig zij de arts want er was geen aanleiding voor dat dat nodig was. Naarmate ze bleef hoesten werden de uitslagen ook minder goed. Er was wat gerommel aan de gang en ze wisten niet zeker of dat kankercellen waren of iets anders. Weer andere kuur mee en zwaardere medicijnen en weer door. Ik zag haar langzaam de moed verliezen ook al zij ze de moed niet op te geven en door te willen vechten. Ze zat ook steeds meer in de rolstoel als we ergens waren. Ik had tegen haar gezegd dat ik ging opruimen en wat spullen terug ging brengen naar mijn broer, die ik al jaren niet gezien en gesproken had. Die avond kreeg ik te horen dat hij naar het ziekenhuis moest voor een verkrampte slokdarm. Een paar dagen later bleek hij meerdere hartinfarcten te hebben gehad. We schrokken er erg van, en besloten het contact weer op te pakken. Mijn moeder is die week naar hem toe gegaan, ik was daar ook bij en het voelde goed. Ze werd inmiddels steeds dunner en eten had ze niet zo'n trek meer in. In december zijn we naar het tuincentrum geweest met ons allemaal, mijn broer met zijn vriendin en de kindjes, ik met mijn man en ons meisje en mijn moeder en haar man. Zo'n gezellig dag gehad, mijn moeder had het gevoel weer om te vechten voor wat ze om zich heen had, zo dankbaar dat ze haar kinderen en kleinkinderen om zich heen had. Kerst zouden we samen vieren, daar zagen we al dat ze de moed weer een beetje aan het verliezen was, ze genoot niet van de meisjes en er zat weinig levenslust meer in haar ogen. We voelden dat het niet goed ging. 28 December zijn we naar het verlichte hart geweest in het olympisch stadion. Mijn schoonzus had dat geregeld met een lampion die daar stond voor mijn moeder, ik ben haar nog elke dag dankbaar daarvoor. Mama kon niet mee die keek live mee op tv en hebben contact via whatsapp gehouden. Ze vond het zo geweldig dat wij daar waren voor haar. Maar wat viel dat zwaar daar te zijn, mijn mama mag niet ziek zijn. Helaas was dat wel zo. Oud en nieuw, heb ik weer een vuurpijl af laten gaan met de wens erop nog vele jaren met mama te kunnen zijn, en de band met mijn broer en schoonzus weer op te bouwen. Donderdag 9 januari zat mijn moeder bij de spoedeisende hulp, ze praatte al een paar dagen verward en mijn onderbuik gevoel zij dat het niet goed zat. Zal wel van de medicijnen komen dachten ze, maar ik voelde dat het anders was. Toen ik in het ziekenhuis aankwam lag ze daar, hartslag veel te hoog terwijl ze sliep en de bloeddruk te laag. Woorden door elkaar halen en verward praten. Ik weer aangedrongen op een scan van haar hoofd, maar daar was ze niet voor in het ziekenhuis dus zouden ze niet doen. Uiteindelijk echo van haar hart gemaakt, maar die was onwijs sterk en zag er erg goed uit. Ook had ze inmiddels uitzaaiingen naar de nieren. Er bleken erg hoge ontstekingswaardes in haar bloed te zitten en ze zou opgenomen worden en antibiotica krijgen. Ik loop het nu nog zo in mijn hoofd, de route naar haar kamer. De ruimtes waar je koffie kan halen, de ene heeft wel lekkere koffie en de andere niet. Beneden waar ze lekkere kaasbroodjes hebben. Hoe ik met het ov daar kom, het voelde bijna als thuiskomen. Het naar binnen lopen in mama's kamer. Er was besloten toch een scan van haar hoofd te maken, en de uitslag zouden we maandag 13 januari krijgen. Mijn schoonzus en ik waren bijna elke dag bij haar en hadden afgesproken dat we er allemaal bij zouden zijn bij dat gesprek want we voelde de bui wel hangen. Die maandag was ik al vroeg bij haar. En toen was het er... de angst waar ik die weken al een voorgevoel van had. Meerdere uitzaaiingen in het hoofd en lang verhaal kort, ze konden niets meer voor haar betekenen. Alsof het hele ziekenhuis en alles om me heen instortte en ik alleen was. Toen kwam het geregel, dingen die we moesten weten en eventueel moesten regelen. Mama wou zo graag nog met de kinderen en kleinkinderen naar Blijdorp, en ik wilde heel graag nog een handafdruk van onze handen. Mijn schoonzus kende de wensambulance, ik wist er toen nog niks van maar na zoeken enzo contact opgenomen met ze. Vrijdags mocht mijn moeder naar huis en de woensdag erop, 22 januari zouden we naar Blijdorp gaan met de wensambulance. Op zoek naar een fotograaf want wou dat alles vast gelegd zou worden van ons laatste uitje. Ze leefde naar die dag toe. Vanaf de dag dat ze thuis was afgesproken dat we om en om langs zouden gaan zodat ze niet alleen zou zijn. De dag in Blijdorp, wat heeft ze genoten. En wat een engelen zijn de mensen van de wensambulance, ik ben ze zo vreselijk dankbaar. We hebben zo'n mooie dag gehad ookal zat er een onwijs zwarte rand aan. Heb ook menig traan gelaten en hele speciale momenten gehad. Haar geknuffeld en aangekeken en gevraagd mama wat moet ik nou zonder jou. Antwoord hadden we allebei niet maar ik vergeet die knuffel nooit meer die ze me gaf. Ook mijn broer en schoonzus waren er natuurlijk bij met de kindjes. We waren die dag compleet. En ik weet zeker dat ze het zo gevoelt heeft ook. De dag ging veel te snel, ze was erg moe halverwege de dag en besloten naar huis te gaan. Savonds heb ik nog met mijn man de handafdruk van haar en mijn hand gemaakt. Nu mijn enige tastbare van ons. Vrijwel om de dag was ik bij haar, alleen vrijdag 31 januari kon ik niet, ik was verkouden en had koorts die nacht. Mama vond het ook beter als ik niet kwam. ze mocht echt niet ziek worden want ze had geen immuun systeem meer door de chemo's, dus kon snel aangestoken worden. Zondag 2 februari was ik bij haar, samen met onze dochter. Ze wou ze graag ook even zien. Haar broer en zus waren er ook. We hadden zitten kletsen, ze was wel al zo ziek dat ze in een bed lag in de kamer en dag en nacht zuurstof nodig had. Ze wou nog een paar maanden proberen te rekken had ze gezegd, ze wilden nog niet opgeven. Wat me herinnert aan een gesprek die we hadden in het ziekenhuis, het breekt mijn hart nog als ik eraan denk, ze was heel hard aan het huilen. Ze zei tegen de dokter waarom mag ik nou niet verder, waarom word ik zo ziek en mag ik niet verder leven. Ik wil niet weg gaan ik wil nog zo graag vechten. Het is zo oneerlijk. Die zondag toen haar broer en zus weg waren liep ik naar haar toe, zo eerst een knuffel mam die had ik nog niet gehad. Ze vroeg of we bleven eten, want dat vond ze gezellig, zij zou Chinese garnalen eten daar had ze zo'n trek in. Mijn man had ook gerekend op het eten dus zij dat ik dinsdag weer kwam en ik volgend weekend zou blijven, dan was ze jarig. Na een tijdje zeiden we dag en gaven we elkaar weer een knuffel. S'avonds kreeg ik een whatsapp bericht zoals elke avond, een gesproken bericht want typen lukte niet goed meer. Waarin ze welterusten zij en dat ze van me hield. Ik heb zoals elke avond terug getypt dat ik hou super veel van haar hield, en dat we elkaar dinsdag weer zouden zien. Half 1 die nacht heeft ze nog allemaal hartjes gestuurd. 5 voor 3 die nacht belde haar man. En die zin vergeet ik nooit meer, dat gesprek vergeet ik nooit meer. Ik schrok wakker en wist dat het niet goed was, hij belde me alleen als er wat was. En met deze woorden stortte mijn wereld in; Je moeder is overleden..............
Stilte
Weet je nog? Hoe was ik als kind? Zie je dingen van mij in Anne? Oh even aan mam vragen… De vraag waar niemand antwoord op heeft. De vraag wanneer word dit minder? Wanneer krijg ik niet telkens een klap als het besef me weer overvalt dat ze er echt niet meer is. Hoe makkelijk het is om te denken dat ze thuis zit. Om maar niet geconfronteerd te worden met het feit dat ze er niet is. Jaloers om mensen te zien met hun moeder, of kleinkinderen met hun oma. Hoe groot de wens kan zijn om nog 1 keer. Nog een keer een knuffel, nog een keer kletsen, nog een keer…. Te veel een keer, te veel om in een keer te doen. Flashbacks om gek van te worden, het verlangen naar jaren geleden, ongeveer 4 jaar geleden. Hoe blij we waren toen bleek dat we op dezelfde school gingen rijden. Hoe we elkaar miste als een van ons er niet was. Hoe heerlijk we konden kletsen en roddelen tijdens het werk als we moesten wachten. Hoe ontzettend we hebben genoten van die jaren, hoe te opvallend je zij; ja jij bent niet alleen, wijzend naar mijn buik toen je net wist dat ik zwanger was. De ochtend dat ik jou om 6 uur wakker belde via FaceTime om aan jou te vragen hoeveel streepjes je zag op de zwangerschapstest. Hoe vaak we langs elkaar rende in de ochtenden op school met alleen de woorden ik moet plassen. Wat verlang ik terug naar die tijd. Wat was ik gelukkig. Nu mist er altijd een deel van mij, en dat deel ben jij. Ik word niet meer jou dochter genoemd, ik kan tegen niemand meer mam zeggen. He mam weet jij dit of dat. He mam kijk nou is wat ik zag voor Anne. Heimwee naar een tijd die niet meer terug komt. De stilte bij het roepen van jou naam. Een stilte die zo kil is. Beelden van jouw laatste periode die ik niet van mijn netvlies af krijg, en die mij achtervolgen in mijn dromen. Hoe alleen ik me voel en onzeker, omdat de geruststelling en liefde van een moeder zo puur en uniek is.